Moestuin encyclopedie

Moestuin encyclopedie: de belangrijkste termen en begrippen op een rij

Als je net begint met moestuinieren, dan vliegen de termen en begrippen je soms om de oren. Wat is afharden in godesnaam? Mulchen? Wat zeg je? Om jou te helpen, zet ik de belangrijkste termen en begrippen op een rijtje. Zo heb jij je moestuin encyclopedie altijd bij de hand en hoef je niet alles los op te zoeken.

No worries. Toen ik net met moestuinieren begon, had ik van de helft van al die begrippen ook nog nooit gehoord. Helemaal niet erg, je leert het vanzelf door met andere moestuinierders te praten en online vragen te stellen. Bijvoorbeeld op mijn Facebook of Instagram-account. Wat je ook kunt doen is deze pagina lezen, eventueel uitprinten en het gebruiken als jouw persoonlijke moestuin encyclopedie.

Van A tot Z: de moestuin encyclopedie

Ik heb de belangrijkste moestuintermen- en begrippen op alfabetische volgorde voor je neergezet. Hier komen ze.

Afharden

Dit is het langzaam laten wennen van je groentes aan de buitenlucht als je ze binnen hebt opgekweekt. Dat doe je bijvoorbeeld met paprika, peper, tomaat en komkommer. Dit zijn groenten die je pas vanaf half mei naar buiten mag doen, omdat ze wat hogere temperaturen nodig hebben. Je begint met een paar uurtjes overdag buiten zetten en ze daarna weer binnenhalen. Dat bouw je in ongeveer een week op totdat ze goed gewend zijn aan de temperatuur, zon en wind. Dan laat je ze dag en nacht buitenstaan.

Combinatieteelt

Bij combinatieteelt houd je rekening met welke groenten je naast elkaar zet. Sommige groenten doen het prima als buren, anderen zijn wat minder blij met elkaar. Zo doen wortels en uien het heel goed samen, maar aardappels en tomaten niet. Zeker bij een kleine moestuin, waar alles sowieso dichter op elkaar staat, handig om je hier een beetje in te verdiepen. Zo heb je straks meer kans op een hoge opbrengst.

Combinatieteelt goudsbloem

Dieven

Dieven doe je met tomaten. Ik koop zelf altijd een soort die je niet hoef te dieven en toppen (zie later), maar bij de meeste soorten moet je dit wel doen. Bij dieven haal je de nieuwe zijscheuten weg die in de oksels (de ruimte tussen de hoofdstengel en het blad) van de tomatenplant groeien. Zo kan de tomatenplant al haar energie steken in de hoofdstengel en de trossen die daaraan groeien. Ook kun je de tomatenplant nu beter langs een stok omhoog leiden en droogt de plant beter op na een regenbui. Dat is belangrijk om de gevreesde schimmel Phytophthora te voorkomen.

Doorschieten

Als een groente doorschiet, vormt zich een bloemstengel en uiteindelijk bloemen. Zo plant de groente zich voort. Meestal wordt de smaak van de groente dan minder lekker en wat bitter. Dat wil je natuurlijk niet bij jouw sla, spinazie en snijbiet. Die wil je lekker blijven oogsten. Meestal schiet een groente door als het bijvoorbeeld opeens voor langere tijd heel warm en droog is. Of juist te koud waardoor de plant niet op tijd oogstrijp meer wordt. Andijvie kun je om deze reden het beste na 21 juni zaaien. Bij spinazie kun je erop letten dat je de juiste soort voor het seizoen kiest.

Koud glas/koude bak

Hiermee wordt bedoeld zaaien in de open lucht, maar dan onder een glasplaat. Meestal is dat een moestuinbak met een glasplaat of plaat van plexiglas eroverheen. Dit noemen ze ook wel een platte bak. Heb je die niet dan kun je ook zaaien in een onverwarmde, lichte ruimte waar de temperaturen onder de 20 graden blijven.

Moestuinplan

Een plattegrond van je moestuin waar in staat welke groenten, je waar en wanneer in je moestuin wilt zetten. Met een moestuinplan zorg je ervoor dat je het hele jaar door uit je moestuin kunt eten. Wil jij ook een moestuinplan maken, maar heb je geen idee hoe? Volg dan mijn online cursus ‘Maak je eigen moestuinplan’.

Mulchen

Bij mulchen bedek je de bodem met een laagje organisch materiaal. Bijvoorbeeld gedroogde herfstbladeren, stro, cacaodoppen of houtsnippers. Hiermee bescherm je de bodem tegen invloeden van de zon, regen en wind. Met warm weer droogt je moestuingrond minder snel uit en met nat weer voorkom je dat jouw groenten te vochtig staan. Door een extra laagje toe te voegen heeft onkruid bovendien minder kans om boven te komen. Nog een bijkomend voordeel: de bedekkende laag wordt door bodemdieren langzaam weer omgezet in compost, wat de kwaliteit van de bodem verbetert. Doen dus dat mulchen!

Wat is mulchen

Poten

Poten betekent dat je een groente in de aarde stopt om te laten groeien. Dat doe je bijvoorbeeld met aardappels en knoflook. Je gebruikt dus geen zaad, maar de groente zelf om deze tot een nieuwe plant te laten uitgroeien. Bij aardappels gebruik je 1 hele pootaardappel (sommige mensen snijden hem ook wel eens doormidden) en bij knoflook 1 teentje. Je kunt aardappels en knoflook uit de winkel gebruiken, maar ik kies altijd voor speciale pootaardappels en knoflook. Dan weet ik zeker dat ik soorten heb die het hier in ons Nederlandse klimaat goed doen. Koop je toch knoflook uit de winkel? Let er dan op dat het biologische is. Gewone is vaak behandeld met een middel om uitlopen te voorkomen. En dat is nou juist wat je straks wilt.

Weten hoe diep en ver uit elkaar je aardappel en knoflook moet poten? Je vind het terug op de pagina: ‘Moestuingroenten A-Z’.

Knoflook poten

Toppen

Het woord zegt het eigenlijk al. Bij toppen breek je de top van een groente af. Dit is een bekende manier om bijvoorbeeld je tomatenplant te helpen met het laten rijpen van de tomaten die al zijn aangemaakt. Je kunt het beste toppen na de vierde of vijfde tros tomaten. Zo heeft de plant energie genoeg om daar mooie, rode tomaten te laten ontstaan. Ook komkommers en spruitkolen kun je toppen. Dat laatste doe je in de herfst, zodat de spruiten die al gevormd zijn sneller groeien. Als je het niet erg vindt om de oogst van de spruiten meer te spreiden, kun je het toppen ook laten.

Uitdunnen

Het uitdunnen van groenten doe je meestal bij zaailingen. Het is niets anders dan het verwijderen van zaailingen zodat de plantjes minder dicht op elkaar staan. Zo hebben ze genoeg ruimte en licht om uit te groeien tot gezonde planten. Ik pas uitdunnen vaak alleen toe bij groentes met kleine zaadjes, zoals wortel en sla. Daar heb ik vaak geen zin om al meteen rekening te houden met de gewenste afstand tussen de planten. Bij bijvoorbeeld radijs of spinazie zaai ik wel meteen op de juiste afstand.

wortel kweken

Uitplanten

Het na voorzaaien op de juiste afstand planten van de zaailingen. Uitplanten kun je in de volle grond doen, maar ook in potten of bakken.

Foto van boerenkool uitplanten

Verpotten

Verpotten is het overzetten van een groente van een klein potje naar een grotere pot. Na verloop van tijd is de voeding in het eerste potje op en wordt het plantje te groot. Als het op dat moment nog geen tijd is om het plantje buiten uit te planten, dan verpot je hem eerst. In de grotere pot doe je nieuwe potgrond. Met de nieuwe voeding en meer ruimte wordt het een sterke plant voordat je hem uitplant in de volle grond of moestuinbak. Voor veel planten, zoals tomatenplanten, is verpotten goed. Het wortelstelsel moet zich aanpassen en wordt daardoor sterker.

verspenen

Sommige groenten zaai je niet direct in de volle grond, maar zaai je thuis (vaak binnen) in een bakje of pot voor. Denk aan paprika’s, tomaten, peper, courgettes en komkommers. Je kunt meerdere zaadjes per bakje zaaien en zaai- en stekgrond of vermiculiet gebruiken. Zodra de zaailingen hun eerste echte blaadjes krijgen (dus niet de twee kiemblaadjes, maar de blaadjes die daarna komen), kun je ze gaan verspenen. Ze krijgen dan een echt potje met potgrond waar voeding inzit. Meestal gebruik ik daarvoor potjes van 9-11 centimeter doorsnee. Doe dit heel voorzichtig zodat je de wortels niet beschadigt.

Volle grond

De grond in de moestuin waar het zaadje of de zaailing geplaatst wordt en opgroeit.

Voorzaaien

Je kunt jouw groenten direct in de volle grond zaaien of ze voorzaaien. Meestal worden groentes die je direct zaait iets sterker omdat ze meteen gewend zijn aan de wisselende weersomstandigheden buiten. Ik probeer dus zoveel mogelijk direct in de volle grond of moestuinbak te zaaien. Denk aan sla, wortels, radijs, rode biet, snijbiet, raapsteel en paksoi. Bij warmteliefhebbers die pas in mei buiten kunt zaaien, zoals paprika, tomaat, komkommer en courgette, zaai ik altijd binnen voor. Zo heb je een flinke voorsprong. Soms heb ik nog geen plek in mijn mini-moestuintje en dan zaai ik ook thuis voor. Op het moment dat er dan een plekje vrijkomt, staan er al mooie zaailingen te trappelen om de grond in te gaan.

Moestuin encyclopedie_voorzaaie

Warm glas/warme bak

Een warme bak is een kweekbak (binnen) waar de temperatuur minimaal 20 graden Celsius is. Je kunt ook een kas/serre in de buitenlucht hebben die verwarmd is. Heb je dit allemaal niet, dan kun je ook gewoon in een verwarmde woonkamer voor het raam zaaien.
Zaailing
Een een ontkiemd zaadje tot het moment dat het na verspenen of uitdunnen op haar definitieve plek is gezet.